Sinds januari 2018 schrijft een cliënte anoniem, onder de naam Michal, over onze sessies. Ik, Ilona Kuis, geef er enige context bij boven- en onderaan Deel 1.

Michal

“De vorige keer had ik het over de vraag: gek óf slim. Dit natuurlijk omdat er niks tussenin zit. Je bent óf het een óf het ander en allebei tegelijk kan ook nog. Maar een beetje schrander en ook wel wat idioot, een spectrum als het ware, is moeilijker te behappen.

Vroeger had ik daar geen moeite mee, maar sinds het GGZ-classificatiesysteem van stoornissen net zo goed op mij is losgelaten ben ik er ook van. Juist door te protesteren tegen labels waarin ik me niet herkende, ging ik andere labels onderzoeken om te kijken of ik daar dan eventueel niet beter in pas. Vergetend dat ik niks met labels had en op ‘het spectrum zit’ van mens-zijn.

De labels vanuit de GGZ waren respectievelijk Borderline persoonlijkheidsstoornis, Bipolaire stoornis, en sinds vorig jaar blijkt uit gedegen onderzoek van een gerenommeerd academisch instituut dat ‘ik op het spectrum zit’ van de Autistische Stoornissen (Asperger). Ik herkende het allemaal niet en werd er niet beter, maar wel naar en misselijk van. Meer en meer ging ik met een zwart oog naar mezelf kijken, maar ook naar de gehele psychische gezondheidszorgindustrie. Vooruit, naar de hele medische wereld en bevindingen. Zwart-wit niet, maar met een diep sceptische blik. Constant bevragen. Dat lag niet aan de ervaringen met mezelf alleen.

Buiten de medische wereld kwam ik andere denkwijzen tegen die ik ook met gezond wantrouwen bekeek. Zo kwam ik ook in aanraking met een gedachtegoed over iets dat Hoogbegaafdheid wordt genoemd. Had ik altijd gedacht dat hoogbegaafde mensen een soort superwezens zijn met een blikkerend hoge IQ-score waar de testen van uitslaan, echte uitblinkers in een wereld waar ze eigenlijk toch boven staan. Net zoals ik vroeger dacht dat Autisten houterig zijn en geen empathie hebben, Borderliners manipulatieve hypochonders, en Manisch-Depressieven van een brug af of voor een trein springen.

Die laatste drie stoornissen schijn ik in ieder geval allemaal wel te zijn of correct gezegd, te hebben, en mijn vooroordelen bleken bij nader onderzoek niet te kloppen. Dat heb ik pas ontdekt nadat het mezelf aanging. Alhoewel, hoe meer ik me erin ging verdiepen – het werd dringend aangeraden de diagnose zo snel mogelijk te accepteren op de weg naar ‘herstel’, dus moet je ook weten wát je accepteert – hoe meer ik, en naasten idem, inderdaad toch wel dingen ging herkennen en plaatsen, tot ik ‘identificatie met het label’ had bereikt, dus inclusief wat betreft het onvermijdelijke levenspad en einde. Van de weg naar herstel heb ik daarbij niks gemerkt: integendeel.

Als ik immers toch bezig ben met onderzoek naar van alles, en mijn vooroordelen niet klopten, kan ik dat malle concept Hoogbegaafdheid toch ook onderzoeken? En zo kwam ik er achter dat het daarbij lijkt te gaan over zijnskenmerken die precies passen bij hoe ik mezelf zie, altijd zag, en dat mijn doen en laten sterk overeen lijkt te komen met die van diverse ‘hoogbegaafdheden’. En ik kon ook al lezen voordat ik naar school ging ,haha, ja, en nog zo van die dingen zoals pesterijen en ongepaste gevoeligheden. Bleek ook nog dat hoogbegaafden door GGZ-professionals regelmatig mis-gediagnosticeerd worden met borderlinestoornis, bipolaire stoornis, autismespectrumstoornis en andere stoornissen. Voilà!

Natuurlijk weet ik dat iedereen zich wel kan herkennen in die ‘zijnskenmerken’. En dat er zonder diepgaand professioneel onderzoek en hetero-anamnese geen zelfdiagnose ‘hoogbegaafdheid’ kan worden gesteld.

Echter, bij de professioneel gestelde diagnoses van de diverse aan mij toegeschreven stoornissen was ook geen sprake van diepgaand onderzoek en hypothese-toetsende diagnostiek of hetero-anamnese. Bovendien kan een individu zich ook in díe kenmerken gaan herkennen, net zoals bij van alles wat je onderzoekt over jezelf. Zelfs als je wilt weten of je bij een aanhoudend blaasje in de mond misschien keelkanker hebt en dat ook hypochondrisch denken. Of, als de dokters zeggen dat je terminaal ziek bent, je dat vanzelf kunt worden, zelfs als je dat nog niet was.

Waarmee ik pertinent niet zeg dat ‘ziekte’ alleen tussen de oren zit. Maar wel dat diagnostiek op psychisch en psychiatrisch terrein per definitie niet hard te maken is en het labelen van stoornissen bij mensen eenvoudigweg niet wetenschappelijk is, maar uitsluitend – in beginsel – bedoeld als handreiking om mensen te helpen. Psychologie en ook psychiatrie zijn reflectieve wetenschappen en kunnen geen absoluut harde feiten leveren. Die bestaan overigens überhaupt niet zonder interpretatie, ook niet bij de bèta, de ‘harde’ wetenschappen.

Enfin, volgens mij deed ik zelf diepgaander onderzoek en kan ik vanuit mezelf naar zoveel kanten van mezelf kijken en daar diep op reflecteren, dat een reguliere hetero-anamnese er niet aan kan tippen. Maar als je gestoord bent, kan dat toch niet kloppen. Dan is dat gedoe juist een symptoom van je stoornis als ‘patiënt’. Uiteindelijk schenen mijn houding en gedrag aanleiding te zijn voor de finale en alles omvattende diagnose EPA (Ernstige Psychiatrische Aandoening) onder de bewoordingen:

‘patiënte heeft gebrekkig ziekte-inzicht, pte verzet zich tegen diagnose en medicatie … werkt niet voldoende mee aan haar herstel waardoor geboden hulpverlening niet aanslaat … pte slaagt er niet in te stabiliseren’. Etc.

Het is mijn schuld, wordt daarmee tussen de regels door gezegd. Als ik beter mee zou werken, zou het de hulpverlening heel goed gelukt zijn en zo zou deze mij goed doen.

‘Alles wat ik zeg, kan en zal tegen mij worden gebruikt’, is wat ik ervan vind.

Waarvoor zijn de psychische en psychiatrische stoornis-diagnoses bedoeld? Ik dacht om te helpen, als richtlijn om mensen te helpen zichzelf weer te vinden en op een pad te komen waarbij ze zichzelf beter voelen.

Als ik mijn geestelijke gezondheidssituatie vanuit de stoornissenkant ga bekijken, word ik er niet beter op. Als ik ga kijken vanuit ‘gave’, voel ik me direct al beter, ook al heeft niemand anders dat bevonden, alleen ikzelf. Maar dat is ook een label. En ja, ik ben ontiegelijk incapabel dus misschien is het niet waar en is het gewoon een trucje. Óf ben ik toch slim? Het één dus. Òf het ánder? In die zin.

Vandaar mijn vraag, de vorige keer aan Ilona. Die overwegingen hebben we tijdens een sessie besproken. Ze vroeg door, rustig, hoorde me, keek me aan, keek met me mee en sprak niet zoveel.

We hadden het over zwart-wit en over ‘bij jezelf zijn’. De actieve geest en het menselijke dat wil vergelijken. Het brein dat gedachten injecteert. Die zich dan voordoen als werkelijkheden, maar die injecties en projecties zijn.

Ilona had het totaal niet over stoornis of gave. Om tot een diepere laag van bewustzijn te komen, is het nodig dieper te gaan dan de horizontale laag van gedachten en projecties. Dat kan door bijvoorbeeld elke dag een moment van enkele minuten letterlijk stil te zitten bij je gevoelens, ze te zien en daarop te reflecteren.”

Deel 6 lezen >

< Deel 4 lezen

© Tekst Ilona Kuis van Begeleiding in bewustwording | Redactie Alice K. Burridge van Green Writing | Beeld Corrie Grupstra van Byldwurk | Stichting Hoogbegaafd!